DEN HAAG (15 oktober 2021) – Vandaag precies 76 jaar geleden, op maandag 15 oktober 1945, hielden Indonesiërs een razzia onder (Indische) Nederlanders in Soerabaja. Een deel van de gevangenen werd later die dag gruwelijk gemarteld en vermoord. De gebeurtenissen staan daarom bekend als Bloedige- of Bartholomeus Maandag.
De razzia was goed georganiseerd. Dat blijkt wel uit het feit dat zowel de Indonesische politie als andere (militaire) strijdgroepen deelnamen aan de actie, waarbij wijk voor wijk systematisch werd uitgekamd. Naast (Indische) Nederlanders werden ook Molukkers en Timorezen opgepakt. Van de gevangengenomen Nederlanders werden er circa 1.500 naar de Simpang Sociëteit gebracht, alwaar de Indonesiërs een provisorische ‘rechtbank’ hadden ingericht. Naar schatting 50 tot 200 Nederlanders werden daar gruwelijk en publiekelijk gemarteld en vermoord. Diverse getuigen hebben het echter over tenminste honderden doden.
Na enkele uren werden de hevig getraumatiseerde overlevenden getransporteerd naar de beruchte Werfstraatgevangenis, terwijl via luidsprekers in de stad de oorlog werd verklaard aan iedereen “met maar één druppel Nederlands bloed in de aderen”. Bij de gevangenis ontstond een oploop van woedende Indonesiërs, die met stokken, messen en bamboesperen (bamboe roentjings) waren bewapend. De gevangenen werden opzettelijk enkele honderden meters van de gevangenis uitgeladen, zodat bij het daaropvolgende ‘spitsroeden lopen’ naar schatting nog eens 50 Nederlanders werden vermoord en honderden gewond raakten.
De gebeurtenissen zijn exemplarisch voor de bloedige Bersiap (1945-1946), dat Maleis is voor “Wees paraat” of “Geef acht!”. Het is de strijdkreet van Indonesische (para)militaire organisaties en bendes, die vrijwel direct na de capitulatie van Japan dood en verderf zaaiden onder met name niet-Indonesiërs in Nederlands-Indië. Gedurende deze uiterst gewelddadige periode zijn duizenden (Indische) Nederlanders op gruwelijke wijze gemarteld, verkracht en vermoord door Indonesiërs, vanwege hun Nederlandse en/of Europese afkomst. Het exacte aantal Nederlandse slachtoffers is tot op heden onduidelijk. De schattingen variëren tussen de 5.000 en 30.000 doden en 15.000 vermisten.
Ook Chinezen, Molukkers en andere groepen werden slachtoffer, al is onduidelijk hoeveel. Het geweld tegen én de moordpartijen op de burgerbevolking stopten niet na 1946, maar ging door tot eind jaren 40. Het was tegen deze achtergrond dat de regering in 1947 besloot om de Nederlandse Krijgsmacht grootschalig in te zetten teneinde de “orde en rust” te herstellen in voormalig Nederlands-Indië. Het monde uiteindelijk uit in twee militaire operaties, die eufemistisch Politionele Acties werden genoemd. Medio 1947 was er opnieuw sprake van een explosie van geweld, die ook wel wordt aangeduid als de Tweede Bersiap.
* Bekijk ook de zeer schokkende documentaire Archief van Tranen, die eerder door Omroep Max werd uitgezonden.