DEN HAAG (30 januari 2022) – Drie weken voor de presentatie van de resultaten meldt De Telegraaf dat het grote Indië-onderzoek inderdaad eenzijdig is opgezet. “De focus lag van meet af aan op extreem Nederlands geweld” aldus het NIOD tegen De Telegraaf. Tegelijkertijd worden de gruweldaden die Indonesiërs begingen tijdens de beruchte Bersiap-periode met een deelonderzoek afgedaan. Daarmee lijken de zorgen die Indië-veteranen, Indische Nederlanders en andere betrokkenen al enige tijd uiten gerechtvaardigd. Volgens het NIOD zou De Telegraaf het instituut echter selectief hebben geciteerd.
De onrust wordt ondertussen verder aangewakkerd door de uitgelekte titel van het rapport. In lijn met een eerdere brochure zou die officieel, ondanks een waarschuwing van het Veteranen Platform (VP), Over de grens. Nederlands extreem geweld in de Indonesische onafhankelijkheidsoorlog 1945-1950 luiden. “Dat is niet handig, want het wekt de schijn dat er niet naar gruweldaden begaan aan Indonesische zijde is gekeken. Dat was de belangrijkste zorg die veteranen bij de start van het onderzoek hadden” zet Inspecteur-Generaal der Krijgsmacht Frank van Sprang uiteen. Het NIOD wijst de kritiek echter van de hand. Volgens het instituut wordt met de titel en ondertitel slechts aangegeven wat het centrale thema is van het rapport. “Namelijk Nederlands extreem geweld. Geheel volgens het doel van het programma” aldus het NIOD.
Critici wijzen erop dat de eenzijdige opzet van het door de regering gesubsidieerde onderzoek afwijkt van de kabinetsopdracht. De regering heeft een breed onderzoek naar de dekolonisatie van voormalig Nederlands-Indië altijd verwelkomd, “omdat een zo volledig mogelijk beeld van het verleden van groot belang is”. Dit onderzoek dient zich evenwel “niet te beperken tot de geweldspleging door alle partijen (…) doch nadrukkelijk in te gaan op de brede context van de naoorlogse dekolonisatie”, waaronder de bloedige Bersiap, de slachtoffers en hun nabestaanden. Dat lijkt onvoldoende gebeurd. Het onafhankelijke onderzoekgenootschap AURORE, die het Indië-onderzoek zeer kritisch volgt, pleit daarom voor een parlementair onderzoek. “Wij rekenen erop dat het kabinet en de Tweede Kamer dit onderzoek niet als laatste woord zullen beschouwen” aldus de criticasters in een verklaring.
Voor Hans Moll, voorzitter van Federatie Indische Nederlander (FIN), komt het nieuws niet als een verrassing. “Anders dan de onderzoekers altijd beweren lijkt het perspectief van toenmalige vijand Indonesië leidend. Dat doet geen recht aan de geschiedenis en geen recht aan de ruim 200.000 Nederlandse militairen die in voormalig Nederlands-Indië door onze regering zijn ingezet. Het doet ook geen recht aan het feit dat het overgrote deel loyaal, integer en naar eer en geweten heeft gehandeld. Het doet geen recht aan de bescherming die de Nederlandse militairen hebben geboden aan alle vredelievende bevolkingsgroepen van de Indische archipel. En het doet evenmin recht aan de vele burgerslachtoffers die door toedoen van Indonesiërs vielen tijdens de Bersiap, de 6.300 gesneuvelde militairen en hun nabestaanden” zei Moll eerder.
Critici zien in de verklaring van het NIOD een nieuwe aanwijzing dat het onderzoek het Nederlandse leed tijdens de Bersiap bagatelliseert. Vanaf de start van het onderzoek is er kritiek op de bevooroordeelde houding ten opzichte van de Bersiapen – in het verlengde daarvan – het betrekken van Bersiap-ontkenners bij het onderzoek. Ook het relatief geringe aantal onderzoekers dat op deze episode is gezet wekt argwaan. De ongerustheid nam toe toen de onderzoekers in een verklaring aankondigden dat men de Bersiap zou gaan “herconceptualiseren”. Volgens de onderzoekers heeft die herconceptualisering echter “niet tot doel ‘het Nederlandse leed te bagatelliseren’, zoals sommigen vrezen”. Die stelling is nogal ongeloofwaardig, want van meet af aan wordt de Bersiap op de website van het onderzoek weggezet als een periode waarover “veel onduidelijkheden en mythes” bestaan.
Halverwege het onderzoek kreeg de eenzijdige opzet steeds meer vorm, iets dat treffend werd geïllustreerd tijdens een congres waarop een selectie van eerste resultaten werden gepresenteerd. Daarbij passeerde ook een deelonderzoek de revue over seksueel geweld tijdens de dekolonisatieperiode. Tot grote verbazing van Indië-veteranen en Indische Nederlanders was dat onderzoek uitsluitend gericht op seksueel geweld gepleegd door Nederlandse militairen, terwijl het kenmerkende seksuele geweld van Indonesiërs tijdens de Bersiap volledig buiten beschouwing was gelaten. Vooral (Indisch) Nederlandse vrouwen waren slachtoffer van dit geweld, waarbij steevast hun borsten door Indonesiërs werden afgesneden en hun genitaliën met bamboestokken werden doorgeboord. Volgens de verantwoordelijke onderzoekster behoorde dit geweld echter niet tot haar onderzoeksopdracht.
Het Indië-onderzoek ligt van meet af aan onder een vergrootglas vanwege de ogenschijnlijke eenzijdige en partijdige opzet, maar ook omdat individuele onderzoekers met regelmaat de controverse zoeken. Zo pleitte Anne-Lot Hoek voor het vernoemen van straten en pleinen naar Soekarno, terwijl de uitgesproken pro-Indonesische Remco Raben juist opriep om Nederlandse standbeelden te verwijderen. Ook de bizarre bewering van Rémy Limpach, dat “racisme in het DNA van KNIL-officieren” zou zitten, sorteerde woedende reacties. De kritiek zwol verder aan toen bleek dat Fridus Steijlen auctor intellectualis was van het eenzijdige frame van de “anti-Nederlandse propagandafilm” De Oost. Het vertrouwen belandde recent op een dieptepunt toen Raben het bizarre pleidooi van de Indonesische Bersiap-ontkenner Bonnie Triyana, om de historische term Bersiap te schrappen, publiekelijk omarmde.
Update 31 januari 2022 17:35:
In een reactie weerspreekt het NIOD de berichtgeving van de Telegraaf. Volgens het NIOD heeft De Telegraaf “nogal selectief geput uit de antwoorden die wij officieel hebben afgegeven”. Het NIOD spreekt van hardnekkige misverstanden. “Wij doen niets anders dan we van het begin af aan gezegd hebben te doen. Dat houdt onder meer ook in dat er een grondige studie komt over de bersiap” aldus programmadirecteur Frank van Vree.
Dit onderzoek kan de prullenbak in. Het defameert de geschiedenis zoals hij daadwerkelijk plaats vond en verhult de wandaden van Indonesiërs in onschuld. Blijkbaar is genocide op onschuldige burgers, vrouwen, kinderen en zuigelingen incluis, niet laakbaar wanneer je daarvoor kolonialisme als argument hanteert.
Annelot Hoek, Remco Raben etc… etc… het wemelt dezer dagen aan de NL-universiteiten van de wetenschappers die het WOKE-extremisme omhelzen. Hoe moeilijk is het om in te zien dat niet alleen sommige KNIL-militairen geweld hebben gebruikt maar OOK, en dan nog in een veel groter dimensie, de Indonesische opstandelingen én overheid? Vergeet ook het feit niet dat vele “Indonesische helden” tijdens WO2 met de Japanse bezetter hebben gecollaboreerd en daarbij afschuwelijke misdaden hebben gepleegd. Maar die Wokies zijn gewoon niet in staat om het volledige plaatje te zien. Liever geven zij zich over aan een soort deemoedige nationale onderdanigheid tegenover de Bersiap-negationisten. Hoek, Raben, Limpach etc.. zijn de naam wetenschapper of “specialist” niet waardig. Tenzij ze er klaar en duidelijk het bijvoeglijk naamwoord “eenzijdig” voorzetten.
Die Triyana was zeker ook bij dit onderzoek betrokken. Een totale blamage dit.
Chapeau voor het Niod! Knap staaltje geschiedververvalsing
Alle betrokken onderzoekers zouden zich kapot moeten schamen voor deze wanstaltige vertoning. Wat een aanfluiting. Dat ze lopende het onderzoek critici consequent verdacht hebben gemaakt maakt het wat mij betreft nog erger. Iedereen die zei dat dit onderzoek niet deugde had gelijk. Wat een prutsers
Dit is wel echt heel ziek hoor. Nederland zou het land bij uitstek moeten zijn die aandacht schenkt aan de Bersiap, maar in plaats daarvan wordt het hier onder het tapijt gemoffeld.