DEN HAAG (17 augustus 2024) – Indonesië moet de oorlogsmisdaden en misdaden tegen de menselijkheid, die Indonesiërs tijdens de Bersiap tegen onder andere (Indische) Nederlanders hebben begaan, erkennen. Federatie Indische Nederlanders (FIN) heeft Indonesië daartoe opnieuw opgeroepen.
De oproep komt vandaag precies 79 jaar nadat de Republiek Indonesië werd uitgeroepen. De proclamatie zou later het startschot blijken van wat nu de Bersiap is gaan heten, dat Maleis is voor “Wees paraat” of “Geef acht!”. Het is de strijdkreet van Indonesische (para)militaire organisaties en bendes die, vrijwel direct na de capitulatie van Japan, onder het adagium “Indonesië voor Indonesiërs”, dood en verderf zaaiden onder met name niet-Indonesiërs in voormalig Nederlands-Indië. Er zijn meerdere aanwijzingen dat Indonesische (para-)militaire functionarissen de moordpartijen op diverse plekken hebben aangestuurd. Het exacte aantal Nederlandse (burger)slachtoffers dat tijdens de Bersiap is omgekomen is tot op de dag van vandaag onduidelijk. De schattingen variëren tussen de 5.000 en 30.000 doden en 15.000 vermisten.
In tegenstelling tot Nederland heeft Indonesië nooit kritisch gereflecteerd op de door haar onderdanen gepleegde oorlogsmisdaden en misdaden tegen de menselijkheid jegens weerloze burgers. Het is de reden dat FIN vandaag opnieuw de Indonesische president oproept om alsnog erkenning en excuses aan te bieden aan Nederland. Tot op de dag van vandaag weigert Indonesië dit. Overigens maakte een deel van de Indonesiërs zich ook tijdens de Tweede Wereldoorlog schuldig aan misdaden tegen de menselijkheid. (Indische) Nederlanders werden toen, onder het motto “Azië voor Aziaten”, vervolgd door Japan en samenspannende Indonesiërs. In totaal zouden er naar schatting 25.000 Nederlanders in de beruchte jappenkampen of anderszins in gevangenschap zijn omgekomen. Het aantal Buitenkampers dat de oorlog niet heeft overleefd is onbekend.
Het aantal van bovengenoemde 15.000 vermisten in de Bersiap-periode (welke periode?) staat in geen verhouding tot de 2.000 vermisten die de onderzoekers Sinke en Captain aangeven in hun boek ‘Geluid van Geweld’ (2022). Nu blijkt uit recent onderzoek dat een grondige verificatie van hun 2.000 vermisten ontbreekt.
Hoezo?
Het Rode Kruis hield zich na de Japanse capitulatie in Nederlands-Indië bezig met Vermisten. Lijsten van Vermisten zijn na de soevereiniteitsoverdracht (1949) opgeslagen in het Nationaal Archief in Den Haag onder nummer 2.19.275.
Uit verificatie van de bronvermeldingen in het boek ‘Geluid van Geweld’ blijkt nu dat Sinke en Captain dit archiefdeel over de Vermistenlijsten helemaal niet hebben bestudeerd. Hierdoor is de betrouwbaarheid van hun schatting over het totale aantal Vermisten zeer twijfelachtig.
De discrepantie tussen de beschikbare archiefgegevens en de conclusies van de onderzoekers roept ernstige vragen op over de nauwkeurigheid van hun bevindingen in hun boek “Geluid van Geweld”.
Een artikel over ‘Vermistenlijsten van het Rode Kruis, een complex beeld’ is te lezen in het net verschenen Bersama Magazine.